Miri­am (57 jaar) uit Soest leeft met MS. Ze hield altijd al van koken en bak­ken, maar door haar fysie­ke beper­kin­gen werd dat las­ti­ger. Toch vond ze oplos­sin­gen, waar­door ze er nog steeds veel ple­zier aan beleeft.

Miri­am: “Men­sen die mij ken­nen, vin­den mij posi­tief inge­steld en den­kend in oplos­sin­gen. Geen beren op de weg… Zo denk ik inder­daad, niet blij­ven han­gen in pro­ble­men, maar kij­ken hoe iets wél gere­a­li­seerd kan wor­den. Het gaat mis­schien niet op dezelf­de manier als voor ik chro­nisch ziek werd, maar ik kan er dan toch ple­zier mee beleven.

Zo was ik altijd een ech­te keu­ken­prin­ses. Een rijst­ta­fel voor twin­tig per­so­nen of een fees­te­lij­ke taart met alle toe­ters en bel­len; ik draai­de mijn hand er niet voor om. Nu is de situ­a­tie dus­da­nig ver­an­derd, dat dit geen opties meer zijn. Mijn ener­gie is stuk­ken min­der en mijn fysie­ke moge­lijk­he­den zijn beperk­ter. Maar dat neemt niet weg dat ik koken en bak­ken nog steeds erg leuk vindt, al gaat dat nu op een ande­re manier.

Ik heb bij­voor­beeld een slowcoo­ker aan­ge­schaft. In fei­te komt het er op neer dat ik alle ingre­di­ën­ten van het recept erin doe, de slowcoo­ker aan en na zes tot acht uur is het eten klaar, zon­der dat ik er ver­der naar om hoef te kij­ken. Met voor­ge­sne­den groen­ten, geschil­de aard­ap­pe­len en even­tu­eel vlees in blok­jes is ook de voor­be­rei­ding a pie­ce of cake.

‘Slowcooker aan en na zes tot acht uur is het eten klaar,
zonder dat ik er verder naar om hoef te kijken.’

Over cake gespro­ken… Bak­ken doe ik ook nog regel­ma­tig. Wel kies ik nu anders wel­ke taar­ten ik bak: ik kies recep­ten waar­bij ik de taart of cake in etap­pes kan maken, zon­der dat dit ten kos­te gaat van de taart. De wel­be­ken­de Hol­land­se appel­taart is een mooi voor­beeld. Ik maak het deeg en dat moet koel rus­ten in de koel­kast. Dat geeft mij ook een rust­mo­ment. De appels schil ik met zo’n appel­schi­l­ap­pa­raat. Dat gaat razend­snel en dat kun­nen mijn niet mee­wer­ken­de han­den pri­ma aan. De smaak van de taart is er door deze han­dig­he­den niet min­der om.

Miriams appeltaart

Ik gebruik geen sui­ker en in plaats van tar­we­bloem gebruik ik spelt­bloem. Zo kun je deze taart zon­der schuld­ge­voel eten.

Deeg

  • 300 gr speltbloem
  • ½ geklutst ei (de ande­re helft gebruik je voor de afwerking)
  • 1 el vanille-extract
  • 40 gr amandelmeel
  • 225 gr kou­de room­bo­ter of margarine
  • rasp van 1 bio­lo­gi­sche citroen
  • snuf­je zout

Vulling

  • 6 appels naar smaak, ik hou van fris­zoet (Els­tar, Kan­zi, Juna­mi, Jona­gold, of wat jij lek­ker vindt)
  • 2 el kaneel
  • 50 gr rozij­nen (mag je ook weglaten)
  • Rasp van ½ bio­lo­gi­sche citroen
  • Sap van ½ bio­lo­gi­sche citroen
  • 2 hand­jes onge­zou­ten, gebran­de notenmix
  • 3 el abri­ko­zen­jam (bij voor­keur suikervrij)

Verder nodig

  • Spring­vorm van 24 cm door­sne­de of klei­ner als je dik­ker deeg wilt
  • Olie of boter om in te vetten
  • Deeg­rol­ler
  • Bak­pa­pier
  • Plas­tic­fo­lie

Vet de bak­vorm in. Zelf doe ik altijd wat bak­pa­pier op de bodem, dan blijft de taart niet plak­ken. Ver­warm de oven voor op 165C.

Doe het spelt­meel + aman­del­meel in een kom. Kluts een ei en voeg de helft hier­van toe aan het meel. Bewaar de rest van het ei voor het ein­de. Sap en rasp van de hal­ve citroen erbij en het vanil­le-extract. Snijd de kou­de boter in blok­jes en doe erbij. Kneed dit met een keu­ken­ma­chi­ne of met de hand tot een mooi vast en com­pact deeg. Kneed niet te lang, want dan wordt het deeg slap en plak­ke­rig. Wik­kel het deeg in plas­tic­fo­lie en laat het 30 minu­ten rus­ten in de koelkast.

‘Neem een rustmoment voor jezelf!’

Schil de appels en snijd ze in klei­ne blok­jes. Doe deze in een kom. Hak de noten fijn. Meng de appels met de rozij­nen, abri­ko­zen­jam, citroen­rasp, citroen­sap en kaneel. Goed door­roe­ren en laten staan.

‘Neem weer een rustmoment voor jezelf.’

Ver­deel je deeg in drie delen. Neem één deel en rol dit uit op een bebloemd werk­blad tot een mooie plak ter groot­te van de bodem van het bak­blik. Maak van het twee­de deel een dun­ne lap voor de zij­kant. Bekleed het bak­blik hiermee.

Schep het appel­meng­sel in de vorm. Rol met een deeg­rol­ler van het res­tant van het deeg weer een mooie lap en snijd of rol stre­pen waar­mee je een mooi ras­ter op de taart maakt. Het han­dig­ste is om dit tus­sen twee vel­len bak­pa­pier te doen. Dan blijft het deeg niet plak­ken en kun je het mak­ke­lijk verwerken.Gebruik het res­tant van het gekluts­te ei om de boven­kant mee in te smeren.

Zet de taart in het mid­den van de oven en bak voor onge­veer 55 minu­ten. Wordt de boven­kant té bruin, dek hem dan af met aluminiumfolie.

Laat de taart afkoe­len in de vorm. Ser­veer even­tu­eel met een klod­der slagroom.”

‘Pak je rustmoment en geniet!’

Vier lachende vrouwen aan een cafétafel kijken in de camera

Vrienden worden?

Mijn Leven 2.0 biedt inspi­ra­tie en onder­steu­ning bij een pret­tig leven met een ziek­te of beper­king. Wil jij hier aan bij­dra­gen? Word dan vriend!

Ga naar de donatiepagina